Bon-Bon

Oorspronkelijke titel: The Bargain Lost
Eerste publicatie: 1 december 1832 (Philadelphia Saturday Courier)
Genre: Humor
Tijd: –
Locatie: Rouaan (Rouen) in Normandië
Personages: Pierre Bon-Bon, de duivel

Samenvatting (let op: spoilers!):
Restaurateur Pierre Bon-Bon – de omeletten en fricandeaus van deze dwerg zijn ongekend – is uitbater van een cafeetje in Rouen, Noord-Frankrijk. Hij is een zeer belezen man die leerstellingen en essays uit de losse pols schudt en aan wie filosoof Immanuel Kant voor een groot deel zijn metafysische kennis te danken heeft. Het als paradijsvogel gekleed genie is de volmaaktheid zelve. Zijn drankzucht buiten beschouwing latend.
Op een stormachtige winterse nacht, als Bon-Bon in het gezelschap van zijn Cyperse kat en zwarte waterhond de laatste hand wil leggen aan zijn manuscript, fluistert iemand hem wat toe. Verschrikt valt zijn blik op een gedaante die op bed ligt: een graatmager, ongewoon lang, in een veel te kort en nauw sluitend lakens pak gehuld wezen. Het draagt een groene bril en hoge hoed, op zijn linkeroor bevindt zich een stylus van de antieken, en net boven zijn borstzak steekt een klein zwart boek met stalen sloten uit. De duivel in hoogst eigen persoon! Eenmaal van de schrik bekomen biedt Bon-Bon zijn onuitgenodigde gast een stoel aan. Hij moet hem nu alleen nog aan de praat krijgen en relevante ethische ideeën uitlokken. Als hij die verwerkt in zijn manuscript, nog voordat dit de volgende dag wordt gepubliceerd, wacht hem eeuwige roem. Zijn verbijstering is opeens groot als de duivel zijn groen verduisterde bril afneemt en helemaal geen ogen blijkt te hebben. Toch is zijn gezichtsvermogen zo sterk ontwikkeld dat hij zelfs de gedachten van mens en dier kan zien. Nadat hij zichzelf en Bon-Bon een glas rode wijn heeft ingeschonken, bespreekt hij diens boek. Het is hem niet ontgaan dat veel van Bon-Bons ideeën beïnvloed zijn door Aristoteles, een voormalig intiem kennis van de duivel. Aristoteles’ leraar Plato is eveneens een oud-bekende van hem. Bon-Bon, die zich op buitenproportionele wijze de wijn laat welgevallen, hoort het belangstellend aan. Door de drank slaat ook geleidelijk de stemming om, een felle discussie over wat de ziel is tot gevolg. De duivel biecht intussen wat op: hij verorbert graag geesten van overledenen, bij voorkeur die van filosofen. Het zit hem echter dwars dat geesten vrij kort na de dood naar ontbinding ruiken. Daarom koopt hij ze liever in als ze nog in leven zijn. De intussen stomdronken gastheer biedt de duivel zijn ziel aan om er een stoofpotje van te maken. Een genereus aanbod dat zijn gast weigert – door Bon-Bons onwelriekende verschijning is zijn honger abrupt gestild. Beledigd gooit deze de aftocht blazende duivel een fles achterna, maar hierbij raakt hij een aan de zoldering bevestigde lamp, die op hem valt. Onze metafysicus eindigt languit op de vloer. (Jean-Paul Colin)

Vertalingen en bewerkingen:
2015: Bon-Bon (Het complete proza van Edgar Allan Poe 1, Pantheon)
2015: Bon-Bon (Het complete proza – deel 1, Pantheon)
2007: Bon-Bon (Alle verhalen, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Gouden Reeks nr. 10)
2007: Bon-Bon (Verhalen van Edgar Allan Poe – Deel 1, Classic Press)
1990: Bon-Bon (Edgar Allan Poe Compleet – Het volledige proza, Loeb/HEMA)
1989: Bon-Bon (Edgar Allan Poe Compleet – Het volledige proza, Loeb)
1986: Bon-Bon (Edgar Allan Poe Compleet – Het volledige proza, Loeb)
1986: Bon-Bon (Edgar Allan Poe Compleet – Het volledige proza, Loeb/HEMA)
1984: Bon-Bon (Alle verhalen, Loeb, 2e druk)
1982: Bon-Bon (Alle verhalen van Edgar Allan Poe, Loeb, 1e druk)
1981: Bon-Bon (Wonderlijke verhalen, L.J. Veen)
1969: Bon-Bon (Buiten adem en andere verhalen, Amstel literaire vierkanten nr. 13)